Om 6.00 uur ging ik uit bed om in alle rust en stilte even de dag met God te beginnen. Het wordt een drukke dag. Ik haal nog even een kleine courgette uit ons tuintje, zodat ik brownies kan maken(!). We gaan ook nog even naar onze achterbuurvrouw om afscheid te nemen. Zij verhuisd met haar zoon naar Duitsland. En verder wil ik het huis netjes en schoon achterlaten, moet ik degene die thuisblijft nog wat instructies geven over hoe de wasmachine werkt enzo en nog wat laatste dingen inpakken.
Gisteren wandelde ik met S naar de fietsenmaker om mijn fiets op te halen. En onderweg gaf ze me zomaar spontaan een hand. Dat gebeurt niet vaak en ook niet zo lang. Ze holt liever een eind vooruit, dan moet ik steeds roepen: ´wacht even!´, ´niet oversteken!´... ik vind het nog een beetje griezelig nu ze nog maar 2 is. Of ze loopt achter me aan te sjokken of ze alle tijd van de wereld heeft en moet ik haar aansporen om door te lopen. En meestal moet ik haar handje stevig vast houden, omdat we moeten oversteken en probeert ze 'm los te wurmen.
Zo is mijn wandel met God misschien ook wel een beetje. Maar dit moment van rustig de dag beginnen, is even de hand van mijn Vader pakken, gelijk met Hem oplopen, tijd nemen om met Hem te praten over onze verlangens, te genieten van het samenzijn.
In de loop van de dag laat ik die vertrouwde hand weer los en ren ik hard vooruit of misschien ben ik niet vooruit te branden. Maar die hand is er en kan ik vast pakken wanneer ik wil.
Wat een mooi beeld van het wandelen met God zo, want inderdaad zo ervaar ik het vaak!
BeantwoordenVerwijderen